In dit blog houden we je up-to-date over de maatregelen en ondersteuning vanuit de overheid m.b.t. de arbeidsmarkt
Heeft u tussen 6 april en 5 juni 2020 gebruik gemaakt van de eerste tijdelijke NOW 1.0 en een voorschot van het UWV ontvangen? Vanaf morgen (woensdag 7 oktober 2020) kunt u bij het UWV een aanvraag indienen voor de definitieve subsidievaststelling. Het UWV zal de definitieve tegemoetkoming vaststellen op het basis van het feitelijke omzetverlies en de loonsom over de maanden maart, april en mei 2020. In tegenstelling tot bij het verstrekken van het voorschot kijkt het UWV dus niet naar de loonsom in januari en het door u zelf opgegeven verwachte omzetverlies. Er wordt gekeken naar de daadwerkelijke omzetdaling en de loonsom over de subsidiemaanden. Deze definitieve vaststelling kan leiden tot een eventuele nabetaling of een terugvordering.
Als u vergeet de aanvraag voor de definitieve subsidievaststelling op tijd in te dienen, dan dient u het volledige voorschot terug te betalen. Bij de aanvraag dient u opgave te doen van uw daadwerkelijke omzetverlies over de drie genoemde maanden. Als u een voorschotbedrag van € 20.000 of meer ontving of een definitief subsidiebedrag van € 25.000 ontvangt, geldt bovendien dat u een verklaring van een ‘deskundige derde’ – zoals een administratiekantoor of boekhouder – dient te overleggen. Boven een voorschotbedrag van € 100.000 of een definitief subsidiebedrag van € 125.000 bent u zelfs verplicht een accountantsverklaring bij uw aanvraag te voegen. Als u onderdeel bent van een concern die meerdere aanvragen heeft gedaan, dan bepaalt het totaalbedrag welke verklaring nodig is.
Als u geen accountantsverklaring hoeft te verstrekken, dan heeft u vanaf morgen 24 weken om een aanvraag bij het UWV in te dienen. Bedrijven die wel een accountantsverklaring nodig hebben, krijgen 38 weken de tijd voor het doen van een aanvraag. Vervolgens krijgt het UWV maximaal 52 weken om de aanvraag in behandeling te nemen en af te handelen.
Benieuwd of u te maken krijgt met een nabetaling of een terugvordering? Op https://www.simulatienow.nl/staat een simulatietool waarmee u kunt inschatten hoe hoog het definitieve subsidiebedrag wordt en welk bedrag u uiteindelijk dient terug te betalen of als nabetaling zal ontvangen. Let op: dit is een schatting en de definitieve vaststelling van het UWV kan daarvan afwijken. U kunt dus ook geen rechten ontlenen aan deze simulatietool.
Waar het kabinet eerder bekendmaakte dat de ontslagboete helemaal zou verdwijnen, komt het kabinet daar nu weer van terug. De ontslagboete blijft namelijk deels bestaan. De ontslagboete blijft bestaan voor collectieve ontslagen. Dit betekent dat ondernemingen die meer dan 20 werknemers in één regio ontslaan vanwege bedrijfseconomische redenen gedurende het subsidietijdvak en dus een melding als bedoeld in de Wet melding collectief ontslag (WMCO) moeten doen, een akkoord moeten bereiken met de vakbond of bij gebreke daarvan een personeelsvertegenwoordiging. Als ze er onderling niet uitkomen, moet er een aanvraag voor mediation worden gedaan bij de
stichting
Een stichting is een door een rechtshandeling in het leven geroepen rechtspersoon zonder leden of aandeelhouders.
» Meer over stichting
Stichting van de Arbeid. Ontbreekt een akkoord of een mediationverzoek, dan wordt het totale subsidiebedrag verminderd met vijf procent (5%). Dit gaat dus verder dan de WMCO, die enkel een inspanningsverplichting kent om tot een akkoord te komen. Deze extra bepaling onder de NOW-regeling impliceert een resultaatsverplichting. Daarnaast zijn werkgevers verplicht om een ontslagaanvraag niet eerder dan vier weken na de WMCO-melding in te dienen bij het UWV. Deze periode dient dan gebruikt te worden om tot een akkoord te komen. Deze voorwaarden gelden voor werkgevers die vanaf 29 mei 2020 een WMCO-melding doen.
Daarnaast heeft het kabinet besloten om het steunpakket te verlengen van drie naar vier maanden. Het steunpakket loopt hiermee tot 1 oktober 2020.
Ook gaat het bedrag voor vaste lasten dat ondernemers ontvangen omhoog. Eerder maakte het kabinet bekend dat dit bedrag maximaal € 20.000 kon bedragen, dat wordt nu maximaal € 50.000. Hoe hoog dit bedrag wordt, hangt nog steeds af van de omvang van het bedrijf en de gederfde inkomsten.
Ondernemers die door de coronacrisis worden getroffen kunnen ook na 1 juni a.s. op financiële ondersteuning van de overheid rekenen. Een ondernemer die (wederom) minstens 20% omzetdaling verwacht, kan vanaf 6 juli 2020 opnieuw een tegemoetkoming in de loonkosten bij het UWV aanvragen voor de maanden juni, juli en augustus 2020. De verwachte omzetdaling wordt vastgesteld over een periode van (wederom) drie maanden die start op 1 juni, 1 juli of 1 augustus 2020. De NOW-regeling 2.0 hanteert dus dezelfde systematiek van tegemoetkoming in de loonkosten als de huidige NOW-regeling die op 31 mei 2020 eindigt. Maar de nieuwe NOW-regeling bevat ook een aantal nieuwe maatregelen. De belangrijkste wijzigingen zijn als volgt.
De referentiemaand voor het berekenen van de loonkostensubsidie wordt maart 2020. Dat gaat met terugwerkende kracht gelden zodat ook in de nog lopende NOW-periode de maand maart 2020 als referentieperiode wordt genomen als de loonsom in de periode maart tot en met mei 2020 hoger is dan in de periode januari tot en met maart 2020. Dit zal met name voor seizoensgebonden bedrijven van belang zijn.
De opslag voor (onder meer) de werkgeverslasten in de berekening van de hoogte van de loonkostensubsidie wordt verhoogd van 30% naar 40% (factor 1.4 in plaats van 1.3). Daarnaast ontvangen ondernemers in onder meer de horeca, cultuur en recreatiesector ook een bedrag om hun vaste lasten mee te betalen. Dit bedrag kan oplopen tot maximaal € 20.000 voor de komende drie maanden. Hoe hoog dit bedrag is, hangt af van de omvang van het bedrijf en de gederfde inkomsten.
Vanaf 1 juni 2020 vervalt de 50% boete bij ontslag van werknemers vanwege bedrijfseconomische redenen via een UWV-procedure. Wel dient een ondernemer bij een voorgenomen ontslag van meer dan 20 werknemers vanwege bedrijfseconomische redenen uiteraard een melding collectief ontslag te doen bij het UWV en de vakbonden te raadplegen. Let op: wel blijft de correctie op de subsidie bij ontslag bestaan. Als werknemers afvloeien in de periode waarover de werkgever de subsidie ontvangt, dan is de loonsom over die periode niet meer gelijk gebleven ten opzichte van de refertemaand maart 2020.
De ondernemer die gebruik wil maken van de vernieuwde NOW-regeling mag over het jaar 2020 geen
dividend
Winstuitdeling aan aandeelhouders van een naamloze of besloten vennootschap.
» Meer over dividend
dividend uitkeren aan de aandeelhouders. Ook mogen bestuurders geen bonussen ontvangen en (of) eigen
aandeel
De gedeelten waarin het kapitaal van een BV of NV is verdeeld.
» Meer over aandeel
aandelen inkopen.
De ondernemer die aanspraak wil maken op de NOW-regeling is verplicht om bij aanvraag een verklaring af te geven waarin staat dat werknemers gestimuleerd zullen worden om zich te laten bij- en omscholen.
Eerder gaf het kabinet aan dat zowel onder de NOW 1.0 als onder de NOW2.0 geldt dat de subsidies die ondernemers ontvangen in verband met de coronacrisis als omzet mee zouden tellen. Dit zou dus zorgen voor een hogere omzet en daarmee een lagere omzetderving en een langere subsidie onder de NOW 2.0. Maar woordvoerder Margeet van Beem van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft onlangs bevestigd dat de NOW zelf niet meetelt als subsidie. Let wel, andere subsidies tellen wel mee als omzet, zoals de “tegemoetkoming vaste lasten”.
Een ondernemer die geen subsidie heeft aangevraagd onder de NOW 1.0 mag kiezen uit de drie referentie periodes voor het bepalen van de omzetderving onder de NOW 2.0: juni tm augustus, juli tm september of augustus tm oktober 2020. Maar als een ondernemer al wel een NOW-aanvraag heeft gedaan onder de NOW 1.0, dan dient de referentie periode voor de NOW 2.0 aan te sluiten op de onder de NOW 1.0 gekozen referentie periode.
Bij het aanvragen van de definitieve vaststelling van de NOW-subsidie is een accountantsverklaring vereist als een concern of de
rechtspersoon
Het BW kent geen algemene definitie van rechtspersoon.
» Meer over rechtspersoon
rechtspersoon een voorschot heeft ontvangen van (in totaal) € 100.000,= of meer, of als de subsidie wordt vastgesteld op € 125.000,= of meer. Bij een voorschot van € 20.000,= of meer is een verklaring van een deskundige derde nodig die de omzetdaling kan bevestigen. Dat geldt ook bij een ontvangen vaststellingsbedrag van € 25.000,= of meer. Een administratiekantoor, een financieel dienstverlener of brancheorganisatie kwalificeren bijvoorbeeld als een deskundige derde.
Bij het vaststellen van de definitieve NOW-subsidie wordt de loonsom van januari gecorrigeerd voor het extra loon, zoals een dertiende maand. Als de loonsom over de periode maart tot en met 2020 lager was dan driemaal de loonsom van januari 2020, zou dit er soms toe leiden dat ondernemers (een deel van) de NOW-subsidie weer moesten terugbetalen. Bij incidentele betalingen in januari (zoals een dertiende maand) viel daar niet aan te ontkomen, ook als de reguliere loonsom gelijk bleef. Dit werd door werkgevers als
onrechtmatig
Ieder handelen of nalaten dat in strijd is met een wet of met de maatschappelijke betamelijkheid.
» Meer over onrechtmatig
onrechtmatig ervaren. Door deze correctie wordt dit effect eruit gehaald.
Vanaf medio juni zullen de aanvragers van de NOW-subsidie, inclusief de verleende voorschotten en vastgestelde subsidies, openbaar worden gemaakt op de website van het UWV.
Heeft u vragen over de (vernieuwde) NOW-regeling, neem dan contact met ons op.
Het kabinet werkt momenteel aan een verlenging van het steunpakket voor ondernemers. Er wordt dus ook gekeken naar een verlenging van de NOW-regeling. De huidige NOW-regeling loopt tot 1 juni 2020.
Minister Koolmees liet op 8 mei in de talkshow Op1 weten dat het kabinet de NOW-regeling gaat verlengen, met één belangrijke wijziging. Tot 1 juni 2020 mogen ondernemers die de NOW-regeling hebben aangevraagd geen ontslagvergunning wegens bedrijfseconomische redenen bij het UWV aanvragen voor hun werknemers, gedurende de periode waarover zij de tegemoetkoming in de loonkosten ontvangen. Als bedrijven toch werknemers ontslaan, wordt de loonsom – op basis waarvan de subsidie wordt verstrekt – verlaagd met 150 procent van het loon van de ontslagen werknemer(s).
Daar komt verandering in. Minister Koolmees gaf aan dat het niet voor de hand ligt dat deze boete bij een verlenging na 1 juni 2020 wordt gehandhaafd. Volgens de minister kan dit nodig zijn om andere banen in het bedrijf te behouden. Bedrijven moeten de ruimte krijgen om te herstructureren. Wel benadrukte de minister dat er nog steeds goede redenen moeten zijn om werknemers te ontslaan (of het bedrijf moet in ernstige financiële problemen zijn).
De verwachting is dat er wel nieuwe voorwaarden worden geformuleerd voor ondernemers die gebruik willen maken van de NOW-regeling. Zo mogen ondernemers onder de verlenging van de NOW-regeling waarschijnlijk geen winstuitkering aan aandeelhouders uitdelen, geen dividend uitkeren en niet meer eigen aandelen inkopen. Daarnaast zullen er maatregelen komen die inzetten op bij- of omscholing van de werknemers, om ervoor te zorgen dat mensen in een andere sector aan een baan kunnen komen.
Hoe de precieze regels bij het tweede steunpakket voor de komende 3 maanden luiden, is nog onbekend. Het kabinet vergadert hier nog over.
Zojuist gaf Minister Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid tijdens een persconferentie een toelichting op de NOW-regeling. Het UWV streeft ernaar vanaf aanstaande maandag 6 april aanvragen te kunnen behandelen. Fred Paling van het UWV gaf aan dat als het moet het UWV 60.0000 aanvragen per dag kan verwerken. Daarnaast spraken Minister Koolmees en Paling de verwachting uit dat het UWV de voorschotten binnen 2 a 3 weken na 6 april a.s. aan bedrijven zal uitbetalen. Ook met het oog op de salarisbetalingen van april.
Het uitgangspunt van de NOW-regeling blijft omzetverlies.
B voor de loonsom waarbij wordt uitgegaan van de totale loonsom van werknemers waarvoor de werkgever het loon heeft uitbetaald met dien verstande dat het in aanmerking te nemen loon per werknemer niet meer bedraagt dan € 9.538.
Bij het berekenen van de hoogte van het voorschot van 80% kijkt het UWV naar de loonsom van januari 2020.
Om de hoogte van het omzetverlies te bepalen, dienen werkgevers hun totale omzet over het jaar 2019 door vier te delen. Deze kwartaal omzet dient als vergelijkingsmaatstaf. Werkgevers vergelijken deze kwartaal omzet van 2019 vervolgens met hun (te verwachten) omzet in de maanden maart tot en met mei 2020.
Definitieve omzetverlies na afloop regeling
Soms is uitblijvende klandizie echter pas later terug te zien in de omzetdaling. Werkgevers mogen daarom ook een periode die één of twee maanden later start aan te geven voor de omzetvergelijking.Dit betekent dat werkgevers kunnen kiezen om de aaneengesloten periode van drie kalendermaanden te starten op 1 maart, 1 april of 1 mei 2020. Werkgevers moeten deze keuze voor de meetperiode maken bij de aanvraag; bij de definitieve afrekening kan de meetperiode niet meer worden aangepast. Maar let wel, de tegemoetkoming in de loonkosten blijft betrekking hebben op de loonkosten tussen maart en mei 2020, ongeacht over welke van die driemaandsperioden (meetperiode) de omzet is bepaald. Minister Koolmees gaf toe dat maatwerk niet mogelijk is in zo’n uitzonderlijke situatie. Het kabinet heeft in samenspraak met het UWV voor een relatief eenvoudige regeling gekozen zonder allerlei uitzonderingen, zodat de uitvoering snel kan verlopen. Als na afloop van de regeling blijkt dat bedrijven een lagere omzetverlies hadden dan van tevoren gedacht, dan zullen zij een naheffing krijgen. Als het omzetverlies hoger blijkt te zijn, dan ontvangen bedrijven na afloop een nabetaling van het UWV.
Geen ontslag wegens bedrijfseconomische redenen
Het kabinet benadrukt dat werkgevers het reguliere salaris volledig moeten blijven doorbetalen en geen ontslagaanvraag bij het UWV mogen indienen voor de werknemers gedurende de periode waarover zij de tegemoetkoming ontvangen. Concreet wordt van werkgevers verwacht dat zij in de periode van 18 maart tot en met 31 mei 2020 geen verzoek doen bij het UWV om toestemming te verkrijgen voor opzegging van een
arbeidsovereenkomst
De overeenkomst waarbij de ene partij, de werknemer, zich verbindt in dienst van de andere partij, de werkgever, tegen loon gedurende zekere tijd arbeid te verrichten.
» Meer over arbeidsovereenkomst
arbeidsovereenkomst wegens bedrijfseconomische redenen. Mochten werkgevers alsnog tijdens de NOW-regeling een of meer werknemers ontslaan, dan zullen werkgevers na afloop van de regeling een boete krijgen van het UWV. Deze boete bestaat uit de loonsom van de ontslagen werknemer(s) plus een verhoging van 50%. Het loon plus de vermeerdering van 50% komt in mindering op de totale loonsom waarop de uiteindelijke hoogte van de subsidie wordt gebaseerd. Deze correctie wordt toegepast bij alle ontslagaanvragen die in de periode van 18 maart tot en met 31 mei 2020 zijn ingediend en niet op tijd zijn ingetrokken. Dit betekent overigens niet dat het UWV een eventuele ontslagaanvraag wegens bedrijfseconomische redenen niet in behandeling neemt, maar een aanvraag heeft consequenties voor de hoogte van de subsidie.
Bekijk hier de definitieve regeling van de rijksoverheid
Tot slot bevestigde Minister Koolmees dat de maatregelen voor bedrijven mogelijk met drie maanden worden verlengd.
De maatregelen met betrekking tot het coronavirus volgen elkaar in razendsnel tempo op. De overheid heeft gisteravond de werktijdverkortingsregeling alweer per direct stopgezet. Deze regeling wordt vervangen door de Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor Werkbehoud (NOW). Naar verluidt kunnen werkgevers voor een periode van drie maanden bij het UWV een tegemoetkoming in de loonkosten aanvragen voor alle werknemers in loondienst. Dus ook voor oproepkrachten en werknemers met een nul-urencontract. Het gaat om maximaal 90% van de loonsom. Voorwaarde is dat werkgevers het loon aan de werknemers wel voor 100% doorbetalen tijdens de tegemoetkomingsperiode. Daarnaast committeren werkgevers zich vooraf aan de verplichting geen personeel om bedrijfseconomische redenen in de tegemoetkomingsperiode te ontslaan. De loonkostensubsidie is gerelateerd aan verwacht omzetverlies sinds 1 maart jl., die minimaal 20% moet zijn.
De aanvraag tegemoetkoming kan eenmaal met drie maanden verlengd worden. Het UWV zal op basis van de aanvraag een voorschot van de tegemoetkoming (in elk geval 80% van het bedrag) verstrekken. Let op: later zal vastgesteld gaan worden hoe hoog de omzetdaling is geweest. Blijkt achteraf dat het mee is gevallen dan moet er mogelijk subsidie terugbetaald worden.
Op dit moment is het nog niet mogelijk een aanvraag in te dienen. De NOW zal op korte termijn worden opengesteld. Reeds ingediende werktijdverkortingsaanvragen worden beschouwd als ingediende aanvragen voor de nieuwe regeling. De regeling ziet met terugwerkende kracht op omzetdalingen vanaf 1 maart 2020.
Oorspronkelijke bericht
De Telegraaf kopte zojuist al: “Site aanvraag werktijdverkorting plat”. Dit is een logisch gevolg van de nieuwe maatregelen tegen de verspreiding van het coronavirus die gistermiddag werden afgekondigd. Ook wij ontvangen steeds meer vragen over dit onderwerp. Wat houdt de werktijdverkorting precies in? Hoeveel loon dient de werkgever door te betalen? Een goed moment voor een praktisch stappenplan tijdens het aanvragen van de werktijdverkorting. Arbeidsrecht-advocaat Sander Schouten licht toe.
De werkgever dient aan twee voorwaarden te voldoen wil hij een werktijdverkorting en tijdelijke WW-uitkering voor het personeel aanvragen.
Let wel: de werkgever kan geen werktijdverkorting aanvragen voor oproepkrachten met een nulurencontract, uitzendkrachten en zelfstandigen (zzp’ers). Voor deze werknemers heeft de werkgever immers geen loondoorbetalingsplicht. Ook voor zieke werknemers die al ziek waren voordat de vergunningsperiode inging, kan de werkgever geen tijdelijke WW-uitkering aanvragen. Voor die werknemers geldt de loondoorbetalingsverplichting bij ziekte.
Als de werkgever voldoet aan voormelde voorwaarden, vraagt de werkgever een vergunning voor werktijdverkorting aan bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. In het aanvraagformulier dient de werkgever uit te leggen wat de oorzaak/oorzaken zijn die tot het verzoek om werktijdverkorting hebben geleid. In het aanvraagformulier kan de werkgever verwijzen naar verschillende bijlagen die hij vervolgens in stap drie van het aanvraagformulier kan bijvoegen. Denk bijvoorbeeld aan een overzicht van reeds bekende annuleringen van klanten/leveranciers/opdrachtgevers en/of een document waaruit blijkt wat de normale bedrijfssituatie is en hoe de situatie er de komende weken naar verwachting uit gaat zien.
Nadat de werkgever de vergunning van de minister ontvangt, dient de werkgever dit door middel van een formulier te melden bij het UWV. De werkgever dient dit formulier direct (uiterlijk op de 2e dag) nadat de vergunning door de minister is verstrekt te versturen. Bij dit formulier voegt de werkgever een kopie van de vergunning voor de werktijdverkorting bij. De werkgever hoeft een eventuele verlenging van de vergunning niet te melden bij het UWV.
Na afloop van de vergunningsperiode vraagt de werkgever (en bij verlenging na iedere 6e week) de tijdelijke WW-uitkering voor de desbetreffende arbeidsgeschikte werknemers aan bij het UWV. Als de werknemers voldoen aan de gebruikelijke voorwaarden voor een WW-uitkering, keert het UWV vervolgens de WW-uitkering aan de werkgever uit. De werkgever maakt deze WW-uitkering vervolgens aan de werknemers over.
Op de websites van de Rijksoverheid en het UWV staat ten onrechte dat werknemers weinig financiële hinder zullen ondervinden van de werktijdverkorting. Tot 1 januari 2020 was dit inderdaad het geval. De werkgever vroeg voor die tijd een tijdelijke WW-uitkering aan voor de werknemers en het UWV maakte deze uitkering over naar de werkgever. De werkgever trok vervolgens de WW- uitkering af van het verschuldigde loon waardoor de loonkosten voor de werkgever lager werden. De werknemers ontvingen echter 100% van hun loon. Ook over de uren waarvoor een vergunning voor werktijdverkorting was verkregen.
Dit is nu niet meer het geval. Op 1 januari 2020 is artikel 7:628 lid 9 BW (het artikel waarin het recht op loondoorbetaling bij onvoldoende werk) gewijzigd. Tegelijkertijd is een nieuwe Regeling onwerkbaar weer ingevoerd. Artikel 5 van die Regeling bepaalt dat een werkgever tijdens werktijdverkorting is vrijgesteld van de wettelijke loondoorbetalingsplicht. Als het verzoek tot werktijdverkorting wordt toegewezen, mag de werkgever het loon stopzetten voor wat betreft de uren waarvoor een vergunning voor werktijdverkorting is verkregen. Voor deze uren vallen de werknemers terug op de WW-uitkering. Daarbij wordt geen uitzondering gemaakt voor werknemers die niet voldoen aan de vereisten van de WW. Ook werknemers die méér verdienen dan het maximum dagloon worden niet gecompenseerd voor het verschil met een (veel) lagere WW- uitkering.
Toch zien wij vaak dat werkgevers 100% van het loon blijven doorbetalen. Ook over de uren waarvoor een vergunning voor werktijdverkorting is verkregen. De reden daarvoor zal zijn dat werkgevers simpelweg nog niet op de hoogte zijn van de nieuwe regeling, omdat zij vanuit goed werkgeverschap menen 100% van het loon te moeten doorbetalen of omdat in de van toepassing zijnde
cao (collectieve arbeidsovereenkomst)
Een collectieve arbeidsovereenkomst (cao) is een schriftelijke overeenkomst waarin afspraken over arbeidsvoorwaarden zijn vastgelegd.
» Meer over cao (collectieve arbeidsovereenkomst)
cao (afwijkende) regels staan over werktijdverkorting. Maar niet iedere werkgever zal bij machte zijn om het loon volledig door te blijven betalen. Op grond van de wetswijziging en de nieuwe Regeling onwerkbaar weer zijn wij van mening dat het juridisch verdedigbaar is dat dit niet langer hoeft. Ook al zijn er nog geen uitspraken bekend die dit standpunt onderschrijven.
Twijfelt u of uw onderneming in aanmerking komt voor het aanvragen van werktijdverkorting? Of heeft u hulp nodig bij het aanvragen van een vergunning voor werktijdverkorting of het aanvragen van een tijdelijke WW-uitkering, neem dan contact op met een van onze arbeidsrecht-advocaten. Wij denken graag met u mee in deze bizarre tijden.