Het coronavirus houdt Nederland en de hele wereld in zijn greep en heeft grote gevolgen voor bedrijven. Door de maatregelen die de overheid instelt om het virus zoveel als mogelijk in te dammen, lopen bedrijven grote schade. De omzetten lopen terug, debiteuren vragen om uitstel van betaling en het personeel kan niet zonder restricties en aanpassingen aan het werk blijven. Wat zijn de rechten en verplichtingen van een werkgever tijdens deze crisis?
Kort nadat de overheid op advies van het RIVM de bevolking de eerste adviezen en instructies gaf waarmee de verspreiding van het coronavirus kan worden ingedamd, nam het aantal aanvragen voor Werktijdverkorting in rap tempo toe. Nadat er ruim 50.000 aanvragen waren ingediend, maakte de overheid bekend dat deze regeling werd vervangen door de Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor Werkbehoud (de NOW). Bij deze nieuwe regeling hoeft de werkgever niet aan te tonen dat er sprake is van minder werk, maar dat er vanaf 1 maart 2020 sprake is van minimaal 20% omzetdaling gedurende een periode van 3 maanden. Indien daar sprake van is, kan compensatie worden aangevraagd voor een deel van de loonkosten. Hoe hoger de omzetdaling, hoe hoger de vergoeding waarop aanspraak kan worden gemaakt (met een maximum van 90% van de loonkosten). Voorwaarde is wel dat werkgevers het loon 100% doorbetalen en dat het personeel de komende tijd niet om bedrijfseconomische redenen wordt ontslagen. Het zal op korte termijn mogelijk worden een aanvraag in te dienen. Reeds ingediende verzoeken voor toepassing van Werktijdverkorting zullen worden omgezet naar een verzoek voor toepassing van de NOW.
Een werkgever heeft altijd de plicht om te zorgen voor een veilige werkomgeving, dat is tijdens de coronacrisis niet anders. In het kader van het coronavirus dienen werkgevers ervoor te zorgen dat een werknemer niet door zijn werk uit te oefenen een vergrote kans heeft besmet te worden of anderen te besmetten. De werkgever zal daartoe de richtlijnen van het RIVM dienen op te volgen, hetgeen onder meer inhoudt dat werknemers in staat moeten worden gesteld 1,5 meter afstand van anderen te houden. Bij beroepen waar nauwer contact niet kan worden vermeden, zoals in de zorg, dient het personeel beschermende kleding te krijgen. Maatregelen die verspreiding van het virus verder kunnen beperken dienen in acht te worden genomen. Denk aan het niet op het werk laten verschijnen van verkouden medewerkers, het werken in shifts, niet samen lunchen, zoveel als mogelijk thuiswerken en het zoveel mogelijk vermijden van fysieke vergaderingen. De overheid scherpt deze maatregelen aan naarmate de situatie nijpender wordt. Een werkgever dient deze richtlijnen goed in de gaten te houden en indien nodig de eigen werkomgeving daarop aan te passen.
Een werknemer kan niet zomaar niet meer op het werk verschijnen als hij niet thuis kan werken en wel arbeidsgeschikt is. Indien de werkgever heeft gezorgd voor een veilige werkomgeving, dient de werknemer (indien de werkgever daarom vraagt) op het werk te verschijnen om zijn werk te doen. Doet hij dat niet, dan is er in beginsel sprake van werkweigering en geldt het adagium ‘geen werk geen loon’. Wel is het onder de huidige omstandigheden redelijk dat de werkgever de werknemer de mogelijkheid biedt om vakantiedagen of onbetaald verlof op te nemen, indien hij/zij er zelf voor kiest niet te werken.
Het salaris van een werknemer die ziek is dient voor 70% te worden doorbetaald, behalve indien in de
cao (collectieve arbeidsovereenkomst)
Een collectieve arbeidsovereenkomst (cao) is een schriftelijke overeenkomst waarin afspraken over arbeidsvoorwaarden zijn vastgelegd.
» Meer over cao (collectieve arbeidsovereenkomst)
cao of
arbeidsovereenkomst
De overeenkomst waarbij de ene partij, de werknemer, zich verbindt in dienst van de andere partij, de werkgever, tegen loon gedurende zekere tijd arbeid te verrichten.
» Meer over arbeidsovereenkomst
arbeidsovereenkomst afwijkende afspraken zijn gemaakt. Indien een werknemer niet ziek genoeg is om te werken maar wel ziekteverschijnselen vertoont, kan de werkgever hem/haar verplichten thuis te werken of, indien dat niet mogelijk is, in het geheel niet te werken. Normaal gesproken mag een werkgever wegens privacyregelgeving de rest van het personeel niet informeren over de aard van iemands ziekte, maar indien het gaat om het coronavirus mag dit mijns inziens wel, aangezien de werkgever verplicht is te zorgen voor een veilige werkomgeving. Dit zorgt er ook voor dat een werkgever zijn personeel kan verplichten het direct te vertellen als er sprake is van ziekteverschijnselen die op het coronavirus kunnen duiden. Uiteraard dient de werkgever de privacy van de betreffende werknemer daarbij zoveel als mogelijk te eerbiedigen.
Een werknemer kan onder omstandigheden aanspraak maken op kortdurend calamiteitenverlof. Dit houdt in dat een werknemer, indien er sprake is van een calamiteit in de persoonlijke levenssfeer, tot het moment waarop een oplossing voor die calamiteit is gevonden, aanspraak kan maken op doorbetaling van loon. Hiervan is bijvoorbeeld sprake bij ouders die ermee worden geconfronteerd dat de scholen en kinderopvang van hun kinderen zijn gesloten, waardoor een van hen thuis moet blijven om voor de kinderen te zorgen. Normaal gesproken kan er slechts korte duur sprake zijn van een kortdurend calamiteitenverlof.
Door de unieke situatie waarin we nu leven, is het de vraag of ouders wel in staat kunnen worden geacht een oplossing te vinden voor het feit dat hun kinderen tijdens werktijd nergens kunnen worden ondergebracht. De scholen en opvang zijn immers dicht, kinderen kunnen niet meer bij grootouders worden ondergebracht omdat die daarmee in gevaar kunnen worden gebracht en oppassen zijn ook niet meer makkelijk te vinden. Tijdens de coronacrisis is er daarom mijns inziens sprake van een calamiteit die door zijn aard niet kortdurend is. Werkgevers doen er goed aan om zelf redelijke afspraken te maken met werknemers die hiermee te kampen hebben.