Recentelijk oordeelde het Gerechtshof Den Bosch over een ontslag op staande voet nadat een werkgever e-mails van het Gmail-account van de echtgenote van een werknemer had gelezen. De werknemer vindt dat sprake is van
onrechtmatig
Ieder handelen of nalaten dat in strijd is met een wet of met de maatschappelijke betamelijkheid.
» Meer over onrechtmatig
onrechtmatig verkregen
bewijs
In het Nederlandse procesrecht geldt als hoofdregel dat de rechter alleen die feiten of rechten aan zijn beslissing ten grondslag mag leggen, die in de rechtszaak aan hem ter kennis zijn gekomen of zijn gesteld en die zijn komen vast te staan.
» Meer over bewijs
bewijs en eist in kort geding wedertewerkstelling. De kantonrechter wijst de vorderingen af, maar de werknemer gaat in hoger beroep bij het Hof. Advocaat arbeidsrecht Sander Schouten bespreekt het arrest.
De werknemer in deze zaak is op staande voet ontslagen omdat onderzoek in de e-mailbox van de Gmail account van (de echtgenote van) de werknemer heeft uitgewezen dat de werknemer samen met zijn schoonvader bezig zou zijn om een direct concurrerende onderneming op te zetten. De werkgever heeft op enig moment geconstateerd dat de werknemer bezig was bestanden te kopiëren waarin bedrijfsgevoelige informatie was opgenomen. Hierop heeft de werkgever de werknemer verzocht zijn zakelijk verstrekte laptop af te staan. De werknemer heeft dit geweigerd. Gedurende het hierop volgende onderzoek heeft de werkgever zich toegang verschaft tot van de Gmail-account van de echtgenote van de werknemer en heeft daarin diverse e-mails gelezen die zijn vermoedens bevestigden.
De kantonrechter heeft geoordeeld dat de weigering tot afgifte van de laptop door de werknemer het vermoeden van de werkgever heeft versterkt. Nu de werknemer de laptop niet wilde afgeven, is hij terecht op non-actief is gesteld en later, na bevestiging van de vermoedens van de werkgever, terecht op staande voet ontslagen.
De werknemer stelt zich (ook) in het
hoger beroep
Ons burgerlijk procesrecht kent het beginsel dat er onderzocht wordt in twee instanties: een ieder heeft het recht op een nieuwe behandeling van de zaak door een hogere rechter.
» Meer over hoger beroep
hoger beroep op het standpunt dat het door de werkgever overgelegde bewijs, namelijk de gevonden e-mails, onrechtmatig is verkregen en daarom niet mag worden gebruikt. Het hof gaat hier niet zonder meer in mee en stelt daarbij voorop dat het leerstuk van onrechtmatig verkregen bewijs in het civiele recht niet geregeld is. Indien sprake is van onrechtmatig verkregen bewijs, dient vervolgens de vraag te worden beantwoord wat hiervan het gevolg is en, in het bijzonder, of dit moet leiden tot uitsluiting van het onrechtmatige verkregen bewijsmateriaal. Het was echter niet duidelijk wat de status was van de Gmail account van de echtgenote van de werknemer. De werkgever heeft betoogd dat de betreffende account ook zakelijk werd gebruikt en zelfs centraal stond in de bedrijfsvoering van de onderneming. Het Hof stelt de werkgever in het arrest in de gelegenheid om dit te bewijzen. Of de werkgever in de bewijsopdracht slaagt, zal blijken.
Het arrest onderstreept dat het van groot belang is of het e-mail account voor zakelijke of privé doeleinden wordt gebruikt. Daarbij dient een werkgever gerechtvaardigde vermoedens te hebben dat de werknemer buiten zijn boekje gaat. Ook moet de werkgever zich er van vergewissen of er niet een minder belastende manier van onderzoek voor handen is. De rechtspraak over dit onderwerp is verdeeld.
In een eerdere zaak was sprake van een administratief medewerkster die was vergeten haar computer af te sluiten. De werkgever heeft vervolgens een aantal berichten uit de openstaande Hotmail-account van de werkneemster gelezen. Hierin had de werkneemster een aantal e-mails staan die belastend waren voor de werkgever. Na het lezen van deze e-mails ontslaat de werkgever de werkneemster op staande voet. De rechtbank oordeelde in deze zaak dat de werkgever de privacy van de werknemer heeft geschonden door bewust privé e-mails van de werkneemster te lezen. In een recentere zaak oordeelde de rechtbank Rotterdam echter dat een werkgever wel gerechtigd was de privé e-mails uit de inbox van de Hotmail-account van de werknemer te lezen, nu de privé e-mails na de aanraking van de muis openlijk zichtbaar waren en deze aanleiding waren voor het vermoeden van het doorgeven van bedrijfsinformatie.