Een werknemer van het GVB is al 12 jaar in dienst als buschauffeur. Hij moet op een gegeven moment een operatie ondergaan aan zijn schouder. De werkgever stelt werknemer vrij van werk. Werknemer stelt de operatie vijf weken uit zonder de werkgever hierover in te lichten. Werknemer blijft die periode echter wel thuis zitten, zogenaamd “herstellende van de operatie”. De werkgever acht deze leugen reden voor ontslag. De kantonrechter denkt hier anders over. Advocaat arbeidsrecht Sander Schouten bespreekt de zaak.
De leugen komt op een gegeven moment uit en het GVB wil de werknemer ontslaan. Zij dient een verzoek tot ontbinding van de
arbeidsovereenkomst
De overeenkomst waarbij de ene partij, de werknemer, zich verbindt in dienst van de andere partij, de werkgever, tegen loon gedurende zekere tijd arbeid te verrichten.
» Meer over arbeidsovereenkomst
arbeidsovereenkomst in bij de kantonrechter. Aan dit verzoek legt de werkgever ten grondslag dat werknemer ernstig verwijtbaar heeft gehandeld. Hierdoor is een vertrouwensbreuk ontstaan.
De kantonrechter stelt voorop dat een ontbinding alleen kan worden toegewezen als het verzoek geen verband houdt met de arbeidsongeschiktheid of de ziekte van werknemer. Volgens werknemer is dit het geval. Hij zou namelijk ingegeven zijn door angst en depressiviteit toen hij de beslissing maakte de operatie uit te stellen. Hij was bang voor de reacties van zijn omgeving op het uitstel en heeft deze beslissing daarom voor zich gehouden. Dit was verkeerd, doch rechtvaardigt dit volgens de werknemer niet een ontbinding van de arbeidsovereenkomst.
In beginsel rust op de werkgever de bewijslast dat werknemer ‘verwijtbaar’ heeft gehandeld en dat er geen verband is met de ziekte van werknemer. De rechter overweegt dat de werkgever dit
bewijs
In het Nederlandse procesrecht geldt als hoofdregel dat de rechter alleen die feiten of rechten aan zijn beslissing ten grondslag mag leggen, die in de rechtszaak aan hem ter kennis zijn gekomen of zijn gesteld en die zijn komen vast te staan.
» Meer over bewijs
bewijs niet heeft geleverd. Hierbij is van belang dat voorafgaand aan het lieg-incident een psycholoog depressiviteit bij werknemer heeft geconstateerd. Volgens de rechter speelt de gemoedstoestand waarin werknemer verkeerde toen hij de leugen vertelde wel degelijk mee bij de afweging.
Hoewel de leugen op zich onacceptabel is gaat het om één leugen. De volharding van deze leugen beschouwt de rechter als één incident. In overweging nemende dat werknemer meer dan 10 jaar zonder klachten goed heeft gefunctioneerd bij werkgever en dat de werknemer wel degelijk depressief was, oordeelt de kantonrechter dat het handelen van werknemer onvoldoende verwijtbaar is voor ontbinding. Het verzoek van werkgever wordt daarom afgewezen.
In het arbeidsrecht is het dikwijls gissen of een
ontbindingsverzoek
De procedure bij de kantonrechter om een arbeidsovereenkomst te ontbinden.
» Meer over ontbindingsverzoek
ontbindingsverzoek op grond van verwijtbaar handelen van een werknemer wordt toegewezen. Een rechter weegt namelijke alle omstandigheden van het geval af wat leidt tot casuïstische rechtspraak op dit gebied. Harde criteria waaraan moet worden voldaan zijn er niet. Het is aan de kantonrechter te beoordelen of het gedrag van een werknemer dusdanig verwijtbaar is dat van een werkgever niet kan worden gevergd het dienstverband voort te zetten.
Het is dus van essentieel om alle persoonlijke en relevante omstandigheden voor een zo goed mogelijk daglicht te brengen. Zowel voor de werknemer, als de werkgever. Zo kunnen incidenten uit het verleden meewegen net zoals andere klachten over een werknemer. De ervaren arbeidsrecht advocaten van AMS kunnen hierbij van dienst zijn.