Over de mogelijkheid van een werknemer om een
concurrentiebeding
De contractuele beperking voor een werknemer om na beëindiging van het dienstverband werkzaam te zijn in concurrerende functies of in een zekere aan de werkgever gerelateerde branche.
» Meer over concurrentiebeding
concurrentiebeding door de rechter te laten vernietigen of schorsen, is op dit blog al het nodige geschreven. Als de rechter het concurrentiebeding in stand laat, maar de werknemer wordt door het beding ernstig belemmerd om elders aan het werk te gaan, kan de werkgever verplicht worden om de werknemer een vergoeding te betalen. Advocaat arbeidsrecht Sander Schouten licht aan de hand van een recente uitspraak toe hoe dit in zijn werk gaat.
Een concurrentiebeding vormt een beperking van het recht op vrije keuze van arbeid, neergelegd in artikel 19 lid 3 Grondwet. De wetgever heeft het aangaan van een concurrentiebeding in een
arbeidsovereenkomst
De overeenkomst waarbij de ene partij, de werknemer, zich verbindt in dienst van de andere partij, de werkgever, tegen loon gedurende zekere tijd arbeid te verrichten.
» Meer over arbeidsovereenkomst
arbeidsovereenkomst niet willen verbieden, maar heeft er wel beperkingen aan gesteld. Zo moet het beding schriftelijk zijn overeengekomen en moet in het beding staan omschreven welke werkzaamheden er onder vallen. Ook zal het beding in tijd moeten worden beperkt. Omdat een concurrentiebeding de vrijheid van de werknemer aanzienlijk beperkt (zij het voor een bepaalde tijd) en omdat de wetgever rekening heeft willen houden met de werknemer die bij het sluiten van het concurrentiebeding zijn belangen niet altijd even goed kan inschatten, geeft artikel 7:653 Burgerlijk Wetboek (BW) de rechter de mogelijkheid een concurrentiebeding geheel of gedeeltelijk te vernietigen. Hierbij moet een afweging worden gemaakt tussen het te beschermen belang van de werkgever en het nadeel dat de werknemer van het concurrentiebeding ondervindt.
In een recente arbeidsrecht procedure vorderde een werknemer vernietiging van het concurrentiebeding dat tussen hem en zijn ex-werkgever was overeengekomen. De werknemer stelt dat hij onredelijk wordt benadeeld door het verbod elders aan de slag te gaan. De kantonrechter overweegt dat de werknemer deze stelling voldoende heeft onderbouwd en hij besluit de duur van het beding, welke 2 jaar bedraagt, te beperken tot 1 jaar.
Voorts heeft de werknemer een vergoeding gevorderd op grond van artikel 7:653 lid 5 BW. Dit artikel biedt aan de rechter de mogelijkheid een vergoeding naar billijkheid toe te kennen aan de werknemer. Hier is gedacht aan de situatie dat er grote en redelijke belangen van de werkgever zijn om het beding gehandhaafd te zien, maar de werknemer door handhaving niettemin ernstig nadeel ondervindt. De kantonrechter is van oordeel dat het beding in dit geval, gelet op het opleidingsniveau van de werknemer, de ruime formulering van het beding en de leeftijd van werknemer, de werknemer in belangrijke mate belemmert om anders dan in dienst van zijn (ex-)werkgever werkzaam te zijn. De kantonrechter acht een vergoeding van ongeveer 30% van het brutoloon over de periode waarover het concurrentiebeding geldig was, redelijk.
De advocaten van AMS Advocaten hebben ruime ervaring met het behandelen van geschillen over het concurrentiebeding en het relatiebeding en daarmee verband houdende vergoedingen. De AMS Advocaat staat zowel werkgever als werknemer bij in dergelijke kwesties. Indien een dergelijke kwestie bij u speelt, voorziet de advocaat arbeidsrecht van AMS Advocaten u dan ook graag van juridisch advies.