In een recent gepubliceerd arrest van het hof Amsterdam lag de vraag of een deurwaarder onder meerdere banken, gelijktijdig, beslag mocht leggen. Mag een deurwaarder dit zomaar doen zonder een gerechtvaardigd vermoeden dat daar rekeningen worden aangehouden? Advocaat Thomas Vugt legt uit.
In de betreffende kwestie was een schuldenaar veroordeeld tot betaling van een geldsom aan zijn schuldeiser. Betalingsregelingen waren niet nagekomen en ook een beslag onder de Belastingdienst had niets uitgehaald. Om die reden waren (in dit geval) twee gerechtsdeurwaarders geïnstrueerd om een gelijktijdig, zogenoemd
derdenbeslag
Beslag onder een partij die buiten de rechtsverhouding tussen schuldeiser en schuldenaar staat, zoals bijvoorbeeld een bank. Derdenbeslag raakt hetgeen de derde is verschuldigd aan de beslagene.
» Meer over derdenbeslag
derdenbeslag onder drie verschillende banken te leggen. Daarop heeft de schuldenaar een klacht ingediend bij de Kamer van Gerechtsdeurwaarders te Amsterdam.
De Kamer van Gerechtsdeurwaarders is belast met de toepassing van tuchtregels en kan verschillende maatregelen opleggen aan gerechtsdeurwaarders. Dit kan alleen indien zij van oordeel is dat een ingediende klacht gegrond is. Tegen een beslissing van de Kamer voor Gerechtsdeurwaarders kan
hoger beroep
Ons burgerlijk procesrecht kent het beginsel dat er onderzocht wordt in twee instanties: een ieder heeft het recht op een nieuwe behandeling van de zaak door een hogere rechter.
» Meer over hoger beroep
hoger beroep worden aangetekend bij het gerechtshof Amsterdam. Dit kan binnen dertig dagen na de dag waarop de beslissing via aangetekende post is medegedeeld.
De
gerechtsdeurwaarder
Een openbaar ambtenaar met bijzondere bevoegdheden ten aanzien van de inleiding van procedures en tenuitvoerlegging van vonnissen.
» Meer over gerechtsdeurwaarder
gerechtsdeurwaarder in kwestie zou volgens de klacht tuchtrechtelijk verwijtbaar hebben gehandeld. Dit doordat er gelijktijdig onder drie banken beslag werd gelegd zonder dat er een gerechtvaardigd vermoeden was dat de schuldenaar bij die banken een rekening aanhield. Dit is volgens de aanklager in strijd met artikel 10 van de Verordening beroeps- en gedragsregels gerechtsdeurwaarders. In dit artikel staat dat een gerechtsdeurwaarder nauwgezet en zorgvuldig moet handelen in financiële aangelegenheden en geen onnodige kosten mag maken. Aangezien er in beginsel geen vermoeden was dat er bankrekeningen bij de betreffende banken werden aangehouden, oordeelde de Kamer dat een dergelijke handelswijze tuchtrechtelijk niet was toegestaan.
Het hof overwoog het volgende. Aanwezigheid van bijzondere omstandigheden kan in concrete gevallen met zich meebrengen dat het op deze wijze leggen van beslag toch toelaatbaar is, mits wordt voldaan aan de zogenoemde eisen van proportionaliteit en subsidiariteit. Bij proportionaliteit kan gedacht worden aan de situatie dat er voor een beperkte vordering niet zo maar beslag kan worden gelegd op meerdere zaken die, los van elkaar, al meer waard zijn dan de vordering. Een voorbeeld van subsidiariteit is in dit kader dat er op een wijze beslag wordt gelegd die het minst bezwarend is, als er bijvoorbeeld meerdere mogelijkheden zijn. Het leggen van een gelijktijdig beslag kan onder omstandigheden dan ook niet verwijtbaar zijn, mits voldaan wordt aan deze vereisten.
In het onderhavige geval was het hof van oordeel dat de betreffende gerechtsdeurwaarders een minder bezwarende wijze van beslag hadden moeten verkiezen, waardoor niet was voldaan aan de eis van subsidiariteit. Hen kon om die reden een tuchtrechtelijk verwijt worden gemaakt.
Heeft u vragen over de executie van een vonnis of over beslaglegging op bankrekening? Onze incassospecialisten hebben ruime ervaring op het gebied van beslaglegging.