De betrokkenen in deze zaak hielden zich bezig met de in- en verkoop van metalen, en deden regelmatig zaken met elkaar. Het ging mis toen een van deze partijen failliet werd verklaard. De andere partij stelde zich op het standpunt eigenaar te zijn van een partij van anderhalf miljoen kilo zwaar staal dat nog bij de failliete partij lag, en vorderde van de
curator
Een door de rechtbank aangewezen persoon die is belast met het beheer en de beschikking over het vermogen van een gefailleerde.
» Meer over curator
curator van de failliete partij dat hij dat zwaar staal diende af te geven. Advocaat insolventierecht Marco Guit legt uit hoe de rechter tot zijn oordeel kwam.
De advocaat van de eisende partij legt aan haar vordering ten grondslag dat zij eigenaar was van de partij zwaar staal, die bij de failliete onderneming en dus onder het beheer van de curator in de opslag lag. Om die reden meende de eisende partij recht en belang te hebben bij afgifte van genoemde metalen door de curator.
De curator betwist dat
eiser
De partij die gedagvaard wordt om te verschijnen in een rechtszaak wordt aangeduid als de gedaagde. Dit in tegenstelling tot de eiser, de partij die het initiatief tot de rechtszaak heeft genomen en daartoe door een gerechtsdeurwaarder een dagvaarding heeft laten betekenen aan de gedaagde.
» Meer over eiser
eiser eigenares was van de partij zwaar staal. Er lag wel meer zwaar staal in de opslag, en er zou niet kunnen worden vastgesteld welk zwaar staal dan precies aan eiseres zou moeten worden afgegeven. De failliete onderneming dient volgens de curator dus als bezitter van het staal te worden aangemerkt en op grond van de wet wordt zij dan ook vermoed daarvan de eigenaar te zijn. Volgens de curator zou het zwaar staal van eiseres zijn vermengd met ander zwaar staal, en zou eiseres door die vermenging haar eigendomsrecht verloren hebben.
Ten aanzien van het verweer van de curator dat de
eigendom
Het het meest omvattende recht dat men op een zaak kan hebben. Eigendom is het recht om over een zaak (stuk grond, voorwerp, hoeveelheid geld enz.) naar eigen goeddunken te beschikken.
» Meer over eigendom
eigendom niet kan worden aangetoond omdat sprake is van (oneigenlijke) vermenging, stelt de rechtbank voorop dat van oneigenlijke vermenging sprake is wanneer roerende zaken zodanig met andere roerende zaken verenigd worden, dat zij weliswaar hun zelfstandigheid behouden maar in het grotere geheel niet meer individualiseerbaar aanwezig zijn. Er ontstaat dan in beginsel een kwalitatief vergelijkbare, maar kwantitatief veranderde zaak. Volgens de rechter was in dit geval sprake van deze vorm van vermenging.
Uit de naar voren gebrachte feiten volgt dat sprake was van verschillende bergen kwalitatief vergelijkbaar staal die continu in omvang wijzigden, waarop continu verschillende partijen (leveranciers en afnemers) aanspraak hadden. Doordat de failliete onderneming het geleverde staal telkens toevoegde en dus vermengde met haar eigen zwaar staal en ook het staal van derden, waren de verschillende partijen staal volgens de rechter niet meer individualiseerbaar. Als gevolg daarvan is de (goederenrechtelijke) eigendom van het zwaar staal dat op het terrein van de failliete onderneming nog wel aanwezig was, niet meer aan te tonen of vast te stellen. Om die reden wees de rechter de vordering tot afgifte af. Alhoewel dus wel vaststond dat eiseres zwaar staal in eigendom had dat daar ook lag, kon eiseres dat dus toch niet meer terugvorderen. Haar eigendomsrecht was door de vermenging tenietgegaan.