Wanneer een
debiteur
De schuldenaar, iemand die nog moet betalen voor een bepaald product of dienst.
» Meer over debiteur
debiteur zijn vordering niet voldoet, kan de crediteur ervoor kiezen om faillissement aan te vragen. Er gelden echter wel twee vereisten: de debiteur moet zijn opgehouden met het voldoen aan zijn betalingsverplichtingen en er moet een steunvordering aanwezig zijn. Uit een recente uitspraak van het Hof blijkt dat deze vereisten strikt worden gehanteerd. Advocaat insolventierecht Sander Schouten bespreekt de zaak.
Een bank vroeg het faillissement aan van een vennootschap die uit verschillende financiële overeenkomsten een forse schuld had bij de bank. De bestuurder van de vennootschap was al failliet verklaard en de vennootschap betaalde de overeengekomen aflossingen niet meer, noch de rente. Er stond een bedrag van ruim € 11 mio open. De rechtbank wees dit verzoek echter af. Er was niet gebleken dat er nog andere schuldeisers waren dan de bank die de vennootschap onbetaald liet.
De bank ging in hoger beroep. Zij noemde een lijst van schuldeisers die volgens de bank ook niet meer betaald werden. Het Hof overweegt echter dat de advocaat van de vennootschap gemotiveerd heeft bestreden dat deze schuldeisers bestaan dan wel dat zij gestopt is met haar betalingsverplichtingen. Volgens het Hof heeft de bank ook in
hoger beroep
Ons burgerlijk procesrecht kent het beginsel dat er onderzocht wordt in twee instanties: een ieder heeft het recht op een nieuwe behandeling van de zaak door een hogere rechter.
» Meer over hoger beroep
hoger beroep niet kunnen aantonen dat er steunvorderingen zijn voor de faillissementsaanvraag. Het verzoek wordt wederom afgewezen.
Behalve de debiteur zelf kan een crediteur het faillissement van een debiteur aanvragen. De rechter zal het faillissement van de debiteur uitspreken als aan een tweetal vereisten is voldaan. Ten eerste moet de debiteur in de toestand verkeren dat hij is opgehouden te betalen. De aanvrager van het faillissement hoeft slechts summier aan te tonen dat de debiteur zijn schulden niet betaald. Daarbij moeten er minimaal twee schuldeisers zijn die ieder afzonderlijk een vordering hebben op de debiteur (het zogenaamde pluraliteitsvereiste). Er moet dus sprake zijn van een steunvordering. Eén van deze twee vorderingen moet opeisbaar zijn.
In deze zaak had de bank wel 6 steunvorderingen aangevoerd. De advocaat van de vennootschap kwam echter goed beslagen ten eis en wist het Hof ervan te overtuigen dat geen van deze vorderingen stand kon houden. Als een schuldeiser het faillissement van een schuldenaar aanvraagt, wordt de betreffende schuldenaar altijd in de gelegenheid gesteld door de rechtbank om zich te verweren tegen de aanvraag. Dat is de kans voor een debiteur om een faillissement te proberen te voorkomen.
Een advocaat kan een deugdelijk onderbouwd verweer opstellen. AMS Advocaten beschikt over zeer ervaren advocaten op het gebied van faillissementsrecht. Zij worden zelf regelmatig aangesteld als
curator
Een door de rechtbank aangewezen persoon die is belast met het beheer en de beschikking over het vermogen van een gefailleerde.
» Meer over curator
curator in faillissement zodat zij goed weten waarop moet worden gelet bij een faillissementssituatie. Zo kunnen zij u adviseren over het verdere verloop van het faillissement, eventueel verweer voeren tegen de aanvraag en het contact met de curator begeleiden.