Uit rechtspraak volgt dat een verhuurder in het geval van een faillissement van haar huurder, na een rechtmatige opzegging van de huur door de
curator
Een door de rechtbank aangewezen persoon die is belast met het beheer en de beschikking over het vermogen van een gefailleerde.
» Meer over curator
curator, geen recht op schadevergoeding toekomt. Een recent arrest van de Hoge Raad biedt in specifieke gevallen echter wel mogelijkheden. Advocaat insolventierecht Sander Schouten legt uit.
Over het algemeen geldt dat een faillissement van één van de contractpartijen niet van invloed is op bestaande wederkerige overeenkomsten. Voor specifieke overeenkomsten zoals de huur- en
arbeidsovereenkomst
De overeenkomst waarbij de ene partij, de werknemer, zich verbindt in dienst van de andere partij, de werkgever, tegen loon gedurende zekere tijd arbeid te verrichten.
» Meer over arbeidsovereenkomst
arbeidsovereenkomst wordt van dit uitgangspunt afgeweken, en zijn aanvullende bepalingen opgenomen in de faillissementswet.
Op grond van artikel 39 Faillissementswet kan een curator, net als een verhuurder, na datum faillissement een huurovereenkomst tussentijds opzeggen. Een opzegging moet wel plaatsvinden conform formele vereisten en met inachtneming van een opzegtermijn waarbij een termijn van drie maanden over het algemeen voldoet. Huurtermijnen vanaf datum faillissement worden aangemerkt als boedelschulden. Onbetaald gelaten huurtermijnen kunnen bij de curator worden ingediend ter verificatie. Zij genieten geen extra preferentie.
Op grond van vaste rechtspraak wordt aangenomen dat verhuurders over het algemeen geen aanspraak kunnen maken op een schadevergoeding als gevolg van een tussentijdse opzegging door een curator in een faillissementssituatie. Ook niet als partijen op dit punt een specifieke clausule hadden opgenomen in het huurcontract.
Uit voornoemde uitspraak van de Hoge Raad volgt echter dat deze schadevergoedingsregel enkel geldt voor de verhouding tussen de verhuurder en de faillissementsboedel. Een regelmatige wijze van beëindiging van de huurovereenkomst doet dan ook geen recht van de verhuurder ontstaan tegenover de faillissementsboedel op een schadevergoeding. Deze regel ziet niet op (bescherming van) belangen van de gefailleerde aldus de Hoge Raad. Als de huurder zich heeft verplicht tot vergoeding van de schade blijft deze afspraak in principe gelden, hij heeft alleen geen effect tegenover de boedel.
De vordering op een gefailleerde kan niet worden ingediend ter verificatie. Hoewel dit gegeven een schuldeiser op het eerste oog niet veel verder brengt, creëert deze uitleg van de Hoge Raad wel andere mogelijkheden voor verhaal van schade. Heeft een derde zich bijvoorbeeld contractueel garant gesteld voor nakoming van de
overeenkomst
Een meerzijdige rechtshandeling, waarbij een of meer partijen jegens een of meer andere partijen een verbintenis aangaan.
» Meer over overeenkomst
overeenkomst dan kan deze in beginsel wel worden aangesproken. Overigens kan een huurder, zijnde een
natuurlijk persoon
Een mens met rechten en plichten.
» Meer over natuurlijk persoon
natuurlijk persoon, na opheffing van het faillissement wederom worden aangesproken. Deze vlieger gaat niet op indien de huurder een
rechtspersoon
Het BW kent geen algemene definitie van rechtspersoon.
» Meer over rechtspersoon
rechtspersoon is/was. Met opheffing van het faillissement houdt deze op te bestaan.
AMS Advocaten heeft ruime ervaring op het gebied van het faillissementsrecht en de huur van bedrijfsruimten.