In het Berzona-arrest heeft de Hoge Raad met betrekking tot een steunvordering geoordeeld dat voldoende is dat het een vordering betreft die ter verificatie in een faillissement kan worden aangemeld. Eerder besliste de Hoge Raad dat een vordering wegens verbeurde dwangsommen – waarvoor geldt dat de wet bepaalt dat dat geen vordering is die ter verificatie kan worden ingediend – wel als steunvordering kan worden gebruikt. De vraag die onlangs aan de Hoge Raad voorlag was of uit het Berzona-arrest kan en mag worden afgeleid dat verbeurde dwangsommen niet (meer) als steunvordering kunnen worden aangemerkt. De Hoge Raad heeft die vraag ontkennend beantwoord. Insolventierecht advocaat Samir Bougrina zal deze uitspraak toelichten.
Bij de beoordeling door de rechtbank of een verzoek tot faillietverklaring kan worden toegewezen moet zij summierlijk kunnen vaststellen dat de schuldenaar – degene wiens faillissement wordt verzocht – verkeert in een toestand van te hebben opgehouden te betalen. Er is sprake van verkeren in een zodanige toestand als er meerdere schuldeisers (zgn. pluraliteitsvereiste) zijn waarvan ten minste één niet wordt voldaan, terwijl de schuldenaar daartoe wel gehouden is.
In het geval een schuldeiser het faillissement van een schuldenaar aanvraagt dan ligt het op zijn weg om aannemelijk te maken dat de schuldenaar meerdere schuldeisers heeft. De vordering van de andere schuldeiser(s) wordt een steunvordering genoemd. Aan een steunvordering worden geen hoge eisen gesteld; de vordering hoeft niet opeisbaar te zijn, kan ook iets anders dan de betaling van een geldsom betreffen en ook de hoogte van de vordering hoeft niet vast te staan. Tot slot is voor het kunnen gebruiken van een steunvordering niet vereist dat de schuldeiser van die vordering bij de schuldenaar op betaling heeft aangedrongen en ook hoeft hij er niet mee in te stemmen dat zijn vordering wordt gebruikt bij een faillissementsaanvraag.
In de wet (art. 611e lid 2 Rv) staat dat dwangsommen die zijn verbeurd voor datum faillissement niet ter verificatie kunnen worden ingediend. De
eiser
De partij die gedagvaard wordt om te verschijnen in een rechtszaak wordt aangeduid als de gedaagde. Dit in tegenstelling tot de eiser, de partij die het initiatief tot de rechtszaak heeft genomen en daartoe door een gerechtsdeurwaarder een dagvaarding heeft laten betekenen aan de gedaagde.
» Meer over eiser
eiser in de cassatieprocedure (de schuldenaar waarvan het faillissement is verzocht) heeft betoogd dat uit het feit dat de Hoge Raad in het Berzona-arrest oordeelde dat het voor de kwalificatie van een vordering als een steunvordering voldoende is dat de vordering ter verificatie kan worden ingediend moet worden afgeleid dat verbeurde dwangsommen daarom niet (langer) als steunvordering kunnen worden aangemerkt. De Hoge Raad volgt dit betoog niet; zij stelt dat de Hoge Raad met het Berzona-arrest niet heeft willen terugkomen op haar eerdere oordeel dat verbeurde dwangsommen als steunvordering kunnen worden gebruikt. De Hoge Raad oordeelt dus (nogmaals) dat verbeurde dwangsommen als steunvordering kunnen worden gebruikt.