3 min lezen

Aansprakelijkheid voor niet formeel en statutair bestuurders

NL

De volgende situatie doet zich vaker voor: een derde, die geen bestuurder is, bemoeit zich met de vennootschap. Hierbij kan men denken aan een (actieve) aandeelhouder of werknemer. Het gevaar hierbij? De kwalificatie ‘feitelijk beleidsbepaler’. In een recente uitspraak kwam dit aan de orde. Advocaat ondernemingsrecht Hidde Reitsma legt uit.

Eén bestuurder bevoegd

De feiten in deze casus zijn als volgt. Uit het Handelsregister bleek dat de heer B. enig statutair bestuurder van de vennootschap was. Dit betekent dat enkel de heer B. bevoegd is de vennootschap te vertegenwoordigen. Naast de heer B. waren nog vier werknemers bij de vennootschap werkzaam.

Eentje hakt de knopen door

De omgangsnormen tussen de bestuurder en werknemers bleek nogal vrijblijvend. Iedereen had zijn eigen taken en nam zelf beslissingen – zonder controle of goedkeuring van de formeel bestuurder, bestuurder de heer B. Een van de vier werknemers, de heer D, bleek vaak uiteindelijk ‘de knopen door te hakken’.

Derde persoon als leidinggevende gezien

Nadat het faillissement van de vennootschap door de rechtbank was uitgesproken bleek de heer D. het meest te weten over de vennootschap. Hij voerde in ieder geval telkens het woord, ook bij de curator Een door de rechtbank aangewezen persoon die is belast met het beheer en de beschikking over het vermogen van een gefailleerde.
» Meer over curator
curator
. Daarnaast bleek gedurende de gesprekken met de curator dat de heer D. ook nog belangrijke (financiële) documentatie in bezit te hebben die hij, zelfs na herhaaldelijk verzoek, niet wilde afgeven. Tenslotte bleek ook uit gesprekken met onder meer het UWV, Belastingdienst dat zij de heer D. als leidinggevende van de vennootschap zagen. Alle communicatie verliep in ieder geval via de heer D., zo bleek.

Werknemer gezien als feitelijk beleidsbepaler

Uiteindelijk kwam de curator tot de conclusie dat de heer D. niet zo maar een werknemer was, maar als ‘feitelijk beleidsbepaler’ kon worden aangemerkt. Het feit dat iemand kan worden aangeduid als ‘feitelijk beleidsbepaler’ houdt in dat hij net zoals formele statutaire bestuurders aansprakelijk kan worden gehouden. De vraag wanneer er hiervan sprake is, moet worden gekeken van geval per geval. Er is echter wel een trend zichtbaar bij deze toets en wordt bevestigd in deze uitspraak.

Feitelijk bestuurder had taak onbehoorlijk vervuld

De curator sprak uiteindelijk de feitelijk beleidsbepaler aan voor het tekort in het faillissement, omdat de heer D. als ‘feitelijk bestuurder’ zijn taak kennelijk onbehoorlijk had vervuld. De rechtbank ging hier in mee en oordeelde dat de heer D. inderdaad als feitelijk beleidsbepaler kon worden aangemerkt.

Terzijde schuiven bestuurder niet noodzakelijk

Daarnaast oordeelde de rechtbank opmerkelijk genoeg dat het vereiste dat de formeel bestuurder geheel terzijde moet zijn geschoven niet (meer) geldt. Van belang is, aldus de rechtbank, dat de heer D. (i) een belangrijke mate van zeggenschap had en (ii) het beleid (mede) heeft bepaald. Daarbij benadrukt de rechtbank ook nog expliciet dat het niet noodzakelijk is dat de formeel bestuurder volledig terzijde moet zijn geschoven. Dit in tegenstelling tot hetgeen eerst werd aangenomen. Wel blijkt uit deze uitspraak dat van enige terzijde stelling wel sprake moet zijn.

Desastreuze gevolgen door opgelopen tekort

Op basis van bovenstaande werd de heer D. als feitelijk beleidsbepaler door de rechtbank veroordeeld om aan de curator de schulden inclusief alle kosten van het faillissement te vergoeden. Dit tekort is vaak flink opgelopen, wat desastreuze gevolgen voor de desbetreffende persoon met zich brengt.

Wie wordt aangemerkt als feitelijk beleidsbepaler?

Dit vonnis past in de tendens die al eerder zichtbaar was: het volledig terzijde stellen van de formeel bestuurder is niet meer nodig. Dit betekent dat sneller kan worden aangenomen dat iemand, een aandeelhouder of werknemer, als feitelijk beleidsbepaler kan worden aangemerkt – met alle gevolgen van dien.

Hidde Reitsma

Hidde Reitsma

Hidde heeft een gevarieerde proces- en adviespraktijk en bezit een diepgaande kennis van het beslag- en executierecht. Het zwaartepunt van zijn praktijk ligt op het gebied van het ondernemingsrecht (waaronder zaken op het gebied van bestuurdersaansprakelijkheid en  bedrijfsovername), het insolventierecht, het contractenrecht en het vastgoedrecht. Volg Hidde op LinkedIn of Twitter.
Ravel Residence