Nadat de Hoge Raad op 6 februari 2015 had bepaald dat het faillissement van een VOF niet noodzakelijk ook het faillissement van de vennoten meebrengt, deed zij op 13 maart opnieuw een belangwekkende uitspraak over de vennoten van een VOF. In die laatste uitspraak bepaalde de Hoge Raad namelijk dat nieuwe vennoten van een VOF (of een CV) ook aansprakelijk zijn voor schulden die betrekking hebben op de periode voordat zij vennoot werden. Advocaat Hidde Reitsma licht het arrest toe.
In februari 2010 is de Commanditaire Vennootschap (C.V., een vorm van de VOF) Carlande Dienstverlening C.V. opgericht. Zij hield zich bezig met het detacheren van chauffeurs binnen het beroepsgoederenvervoer over de weg. Op 17 augustus is de heer X vennoot van Carlande geworden en op 15 september 2010 is Carlande aangemeld bij het pensioenfonds. Het pensioenfonds legde vervolgens in februari 2011 twaalf aanslagen op met een totaalbedrag van 48.000 euro voor de periode februari 2010 tot en met januari 2011. Carlande is op 12 januari 2011 opgeheven en X is tot dat moment vennoot gebleven. De vordering van het pensioenfonds bleef onbetaald en de advocaat dagvaardt de heer X. De kantonrechter wijst de vordering toe en het hof bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter vervolgens. De heer X gaat van dat arrest in
cassatie
Het beroep dat tegen een arrest van het Hof kan worden ingesteld bij de Hoge Raad
» Meer over cassatie
cassatie.
De Hoge Raad beoordeelt allereerst de vraag wanneer de vorderingen van het pensioenfonds zijn ontstaan. Zij oordeelt dat dit niet het moment van het opleggen van de aanslagen is en ook niet het moment dat de vennootschap bij het pensioenfonds is aangemeld. De vorderingen zijn volgens de Hoge Raad ontstaan op het moment dat de vennootschap aan de voorwaarden voldeed voor verplichte
deelneming
Een zeker belang (in aandelen, of in (winst)rechten of in participerende zin).
» Meer over deelneming
deelneming aan het pensioenfonds. Dat brengt mee dat in ieder geval een deel van de vorderingen niet zijn ontstaan op het moment dat X vennoot was van Carlande.
Dat mag de heer X echter niet baten. De Hoge Raad oordeelt namelijk dat de in de wet opgenomen hoofdelijke
aansprakelijkheid
De gehoudenheid van een persoon of bedrijf om schade ontstaan uit een onrechtmatige daad of wanprestatie te vergoeden.
» Meer over aansprakelijkheid
aansprakelijkheid van vennoten voor de schulden van een VOF, niet is beperkt tot schulden die na toetreden van de betreffende vennoot zijn ontstaan. Bovendien staat de strekking van die wettelijke bepaling een beperking daarvan in de weg, omdat met de bepaling juist is beoogd schuldeisers te beschermen. Het aanvaarden van de hoofdelijke aansprakelijkheid voor oude schulden dient volgens de Hoge Raad bovendien de rechtszekerheid, omdat dan een onderzoek naar het ontstaansmoment van elke vordering en welke vennoot of vennoten daarvoor aansprakelijk zijn achterwege kan blijven.
De Hoge Raad voegt aan haar arrest nog toe dat tussen de VOF en de maatschap een belangrijk verschil bestaat. Bij de maatschap binden de vennoten in beginsel alleen zichzelf en niet de maatschap. Als wel de gehele maatschap verbonden is voor een schuld, dan zijn de vennoten niet
hoofdelijke aansprakelijkheid
schuldenaren gezamenlijk aansprakelijk voor een en dezelfde schuld. Betaling van de een werkt bevrijdend voor de ander, jegens de schuldeiser.
» Meer over hoofdelijke aansprakelijkheid
hoofdelijk voor het geheel, maar ieder voor een gelijk deel aansprakelijk. Dat geldt dus – zoals uit het onderhavige arrest blijkt – niet voor de VOF of de CV.