Een schuldeiser mag een overeenkomst ontbinden als de schuldenaar
wanprestatie
Niet nakomen van verplichtingen uit overeenkomst maakt schadeplichtig.
» Meer over wanprestatie
wanprestatie pleegt. Hiertoe dient hij een verklaring te doen, meestal schriftelijk. Het voornaamste gevolg van de ontbinding is dat partijen over en weer bevrijdt zijn de (ontbonden)
overeenkomst
Een meerzijdige rechtshandeling, waarbij een of meer partijen jegens een of meer andere partijen een verbintenis aangaan.
» Meer over overeenkomst
overeenkomst verder na te komen. Maar treedt dit gevolg ook in als de schuldenaar helemaal geen wanprestatie had gepleegd en dit ook betwist? Met andere woorden, wat zijn de gevolgen van een ongerechtvaardigde ontbindingsverklaring? Deze vraag werd onlangs behandeld door de Hoge Raad. Advocaat contractenrecht Thomas van Vugt bespreekt het arrest.
In deze zaak waren twee broers in geschil over een vakantiehuisje. Dit huisje was voorheen van hen beiden maar broer A, hierna: verhuurder, heeft op een gegeven moment broer B, hierna: huurder, uitgekocht. Bij deze overeenkomst werd tevens afgesproken dat huurder het recht kreeg om het huisje jaarlijks 4 weken (tegen een vastgestelde huurprijs) van verhuurder te huren.
Deze afspraak gaf geen problemen totdat verhuurder meldde dat hij het vakantiehuisje permanent zou gaan bewonen waardoor huurder het niet meer kon gebruiken. Huurder meende dat verhuurder toerekenbaar tekortschoot in de nakoming van het huurbeding. Hij heeft verhuurder een buitengerechtelijke ontbindingsverklaring verzonden en schadevergoeding geëist. Verhuurder betwistte dat hij tekort was geschoten maar achtte -gezien de ontbindingsverklaring van huurder- het huurbeding beëindigd. Voor hem was de kous af.
Huurder vorderde in rechte schadevergoeding en nakoming van het huurbeding. Na uitspraak van de rechtbank en het Hof kwam de kwestie bij de Hoge Raad voor te liggen. De kern van het geschil spitste zich toe op de vraag of het verhuurder vrij stond om de ontbindingsverklaring zo te splitsen dat hij de ontbinding wel maar de wanprestatie niet erkent. Immers, verhuurder voerde als verweer tegen de schadevordering van huurder dat er geen sprake was van wanprestatie. Maar tegelijkertijd voerde hij als verweer tegen de vordering tot nakoming dat het huurbeding was geëindigd.
Volgens het Hof was het van tweeën één. Maar de Hoge Raad dacht daar anders over. Indien de
wederpartij
De tegenpartij in een procedure of de partij met wie een contract is gesloten.
» Meer over wederpartij
wederpartij de gerechtvaardigheid van de ontbindingsverklaring bestrijdt, bestrijdt zij daarmee in beginsel ook het met de ontbindingsverklaring beoogde rechtsgevolg (namelijk het einde van de overeenkomst). Als de rechter namelijk oordeelt dat de ontbinding ongegrond was, dan bestaat de overeenkomst nog en bindt deze partijen.
Maar er zijn omstandigheden waarin dit niet het geval is. Partijen kunnen zich na een niet-gerechtvaardigde ontbindingsverklaring zodanig tegenover elkaar gedragen dat daarin een nadere beëindiging van de overeenkomst ligt besloten. Ook kan het beroep op het voortbestaan van de overeenkomst in strijd zijn met
redelijkheid en billijkheid
Een bron van ongeschreven objectief recht waaraan mensen zich moeten gedragen jegens elkaar.
» Meer over redelijkheid en billijkheid
redelijkheid en billijkheid. Een wederpartij kan zich namelijk erbij neerleggen dat degene die de ongerechtvaardigde ontbindingsverklaring heeft uitgebracht de overeenkomst niet meer uitvoert. Hem kan in dat geval niet worden verweten zelf ook geen verdere uitvoering meer te geven aan de overeenkomst.
In dit geval oordeelt de Hoge Raad dat het niet per definitie onmogelijk of onjuist is om de gevolgen van een ontbindingsverklaring te splitsen zoals de verhuurder heeft gedaan. Of de verhuurder hiertoe in redelijkheid mocht overgaan, moet opnieuw worden beoordeeld. De zaak wordt hiervoor terugverwezen naar het Hof.