In het zakelijke handelsverkeer verlangen veel geldschieters een vorm van
zekerheidsrecht
Zakelijke rechten die strekken tot ter zekerheid van een vordering, zoals pand en hypotheek.
» Meer over zekerheidsrecht
zekerheid voor terugbetaling van leningen. Dit kan middels een pandrecht of hypotheek, maar ook stellen bestuurders of aandeelhouders zich vaak persoonlijk aansprakelijk. Advocaat contractenrecht Marco Guit bespreekt in dit blog een uitspraak over de geldigheid van een dergelijke persoonlijke aansprakelijkheidstelling.
De aanleiding voor de procedure was als volgt. Appellanten in deze zaak zijn de aandeelhouders van het Italiaanse bedrijf Foundry.
geïntimeerde
De wederpartij van de appellant, de partij die een hoger beroep instelt, heet de geïntimeerde.
» Meer over geïntimeerde
Geïntimeerde heeft bij Foundry een
opdracht
De overeenkomst waarbij iemand anders dan op grond van een arbeidsovereenkomst diensten verrichten voor een opdrachtgever.
» Meer over opdracht
opdracht voor machines geplaatst en hiertoe bijna € 3.000.000 vooruitbetaald. Door financiële problemen was het onwaarschijnlijk dat de machines zouden worden geleverd. Geïntimeerde schoot Foundry te hulp door € 1.000.000 aan te bieden als kapitaalinjectie. Er wordt een overeenkomst opgesteld waarin één en ander wordt vastgelegd. Naast deze
overeenkomst
Een meerzijdige rechtshandeling, waarbij een of meer partijen jegens een of meer andere partijen een verbintenis aangaan.
» Meer over overeenkomst
overeenkomst wordt er nog een andere overeenkomst gesloten, een side agreement. Hierin stellen de aandeelhouders zich persoonlijk aansprakelijk voor de terugbetaling aan geïntimeerde. Ondanks de financiële ondersteuning gaat Foundry enkele jaren later toch failliet.
In een procedure vordert geïntimeerde dat de aandeelhouders
hoofdelijke aansprakelijkheid
schuldenaren gezamenlijk aansprakelijk voor een en dezelfde schuld. Betaling van de een werkt bevrijdend voor de ander, jegens de schuldeiser.
» Meer over hoofdelijke aansprakelijkheid
hoofdelijk zullen worden veroordeeld om aan hem te betalen € 637.500 op grond van de side agreement. Deze vordering wordt in eerste aanleg toegewezen. In
hoger beroep
Ons burgerlijk procesrecht kent het beginsel dat er onderzocht wordt in twee instanties: een ieder heeft het recht op een nieuwe behandeling van de zaak door een hogere rechter.
» Meer over hoger beroep
hoger beroep voeren de aandeelhouders aan dat de side agreement nietig moet worden verklaard omdat deze in strijd is met de goede zeden en/of de openbare orde. Volgens hen is er sprake van een constructie om feiten van het (Italiaanse) gezag en van de
curator
Een door de rechtbank aangewezen persoon die is belast met het beheer en de beschikking over het vermogen van een gefailleerde.
» Meer over curator
curator verborgen te houden. Het is immers niet logisch om twee aparte overeenkomsten op dezelfde dag te sluiten met het zelfde onderwerp, waarbij niet hetzelfde recht van toepassing is, noch dezelfde nationale rechter bevoegd is, aldus de aandeelhouders. Het Hof overweegt dat het recht geen regel kent dat een overeenkomst die niet logisch is nietig is. Het vermoeden dat middels de side agreement is beoogd om autoriteiten te omzeilen is niet verder onderbouwd.
Daarnaast doen de aandeelhouders een beroep op dwaling. Het Hof verwerpt dit beroep. De side agreement houdt een persoonlijke en hoofdelijke aansprakelijkheidstelling welke in voldoende duidelijke bewoordingen is opgesteld. Dat de Italiaanse aandeelhouders de Engelse taal niet machtig zouden zijn, komt voor hun rekening. In een geval zoals de onderhavige waarbij er grote belangen in het internationale handelsverkeer spelen, mag van een contractspartij verwacht worden dat zij een overeenkomst, die niet in haar eigen taal is opgesteld, eerst laat vertalen of zich anderszins laat voorlichten voordat ze tot ondertekening overgaat.
Tot slot oordeelt het Hof dat hoewel de aandeelhouders –die zelf geen kapitaal hadden- destijds afhankelijk waren van de financiële hulp die geïntimeerde bood, geïntimeerde hier geen misbruik van heeft gemaakt. Immers, geïntimeerde had al bijna € 3.000.000 aanbetaald voor de opdracht en verschafte hierop nog eens € 1.000.000. Dat hij van de aandeelhouders persoonlijke zekerheid verlangde voor terugbetaling van een bedrag van “slechts” € 1.000.000 kan niet worden aangemerkt als misbruik van omstandigheden. Het hof bekrachtigt het vonnis van de rechtbank in eerste aanleg.