Een vuistpandrecht is een
pandrecht
Een pandrecht is een beperkt recht strekkende om op de daaraan onderworpen goederen een vordering tot voldoening van een geldsom bij voorrang boven andere schuldeisers te verhalen.
» Meer over pandrecht
pandrecht (een zekerheidsrecht, tevens een beperkt en
afhankelijk recht
Zakelijke rechten die het recht volgen waaraan zij verbonden zijn, zoals pand en hypotheek.
» Meer over afhankelijk recht
afhankelijk recht) op een
roerende zaak
Roerend zijn alle zaken die niet onroerend zijn.
» Meer over roerende zaak
roerende zaak, op een recht aan toonder of order of op het vruchtgebruik van een dergelijk recht, waarbij het verpande goed (in tegenstelling tot bij een
bezitloos pandrecht
Type pandrecht waarbij het verpande goed niet in het bezit komt van de pandhouder
» Meer over bezitloos pandrecht
bezitloos pandrecht) in de macht van de pandhouder wordt gebracht (door bezitsverschaffing). Voor vestiging van een pandrecht op een recht aan order of op het vruchtgebruik daarvan is tevens endossement vereist.
Een vuistpand onderscheidt zich van een bezitloos pandrecht dus door het feit dat het verpande goed in de macht is van de pandhouder. Ook bij pandrechten op andere
goed
Goederen zijn alle zaken en alle vermogensrechten.
» Meer over goed
goederen dan roerende zaken en rechten aan order of toonder bestaat dit onderscheid. Het betreft dan in het algemeen een pandrecht op vorderingen op naam (geldvorderingen, dus).
De houder van een vuistpandrecht wordt tegen beschikkingsonbevoegdheid van de pandgever beschermd als hij op het moment van het verkrijgen van het vuistpand te goeder trouw was. Bij een bezitloos pandrecht geldt deze bescherming niet.
Het equivalent van een vuistpandrecht heet in dat geval een openbaar pandrecht: de
debiteur
De schuldenaar, iemand die nog moet betalen voor een bepaald product of dienst.
» Meer over debiteur
debiteur van de vordering is in dat geval op de hoogte van de
verpanding
Verpanding is het vestigen van een pandrecht op een goed.
» Meer over verpanding
verpanding, en weet dat hij uitsluitend nog kan betalen aan de pandhouder. Een openbaar pandrecht op een vordering wordt op dezelfde wijze gevestigd als de
overdracht
Overdracht is het overdragen van een recht (indien het een recht van eigendom betreft: in eigendom) aan een ander.
» Meer over overdracht
overdracht (cessie) van een vordering: door een
akte
Een ondertekend geschrift, bestemd om tot bewijs te dienen.
» Meer over akte
akte en mededeling daarvan aan de debiteur.
Het equivalent van een bezitloos pandrecht op een roerende zaak heet een stil pandrecht. Stil, omdat de debiteur van de vordering niet op de hoogte is van de verpanding: de verpanding is niet medegedeeld, en de debiteur kan dus nog (uitsluitend)
bevrijdende betaling
Als de schuldenaar door betaling bevrijd is van zijn verplichtingen.
» Meer over bevrijdende betaling
bevrijdend betalen aan de pandgever. Meestal houdt de pandhouder een rekening aan bij de bank die pandhouder is; de bank mag ook na datum faillissement betalingen van debiteuren van verpande vorderingen nog verrekenen met een debetstand op die rekening. Een bezitloos / stil pandrecht wordt gevestigd door een
authentieke akte
Authentieke akten zijn akten in de vereiste vorm en bevoegdelijk opgemaakt door ambtenaren, aan wie bij of krachtens de wet is opgedragen op die wijze te doen blijken van door hen gedane waarnemingen of verrichtingen.
» Meer over authentieke akte
authentieke akte of door een onderhandse geregistreerde akte.