Het zonder rechtsgrond presteren, bijvoorbeeld betaling aan een verkeerde persoon waar geen grond voor aanwezig is, geeft degene die presteerde het recht het gepresteerde terug te vorderen. Betreft de onverschuldigde betaling een geldsom, dan strekt de vordering tot teruggave van een gelijk bedrag. Degene die zonder rechtsgrond een prestatie van andere aard heeft verricht, heeft eveneens jegens de ontvanger recht op ongedaanmaking daarvan.