Een arts die via een werving- en selectiebureau aan de slag is gegaan bij een verpleeghuis heeft nagelaten te melden dat hij een strafblad had. Het verpleeghuis kwam daar pas later achter en stelde hem toen vrij van werkzaamheden. In de ontslagprocedure die daarop volgde oordeelde de rechter onlangs dat de arts zijn informatieplicht had geschonden door tijdens de sollicitatieprocedure geen melding te maken van zijn strafblad. Advocaat arbeidsrecht Sander Schouten legt uit.
De sollicitant had zowel aan het werving- en selectiebureau als aan het verpleeghuis niet gemeld dat hij wegens poging van moord op zijn ex-vrouw een celstraf van 15 jaar had gekregen, in dat kader een persoonlijkheidsstoornis was vastgesteld en hij verminderd toerekeningsvatbaar werd geacht. Het verpleeghuis kwam daar pas na zijn indiensttreding achter toen de Hoofdinspectie voor de Volksgezondheid haar vertelde over het criminele verleden van de arts. Toen de arts werd geconfronteerd met het feit dat hij een strafblad had ontkende hij dit niet, maar maakte hij niet uit zichzelf melding van de delicten waarvoor hij was veroordeeld. Ook bleek dat een journalist die eerder naar het verpleeghuis had gebeld met vragen over de arts, nadien door de arts werd teruggebeld, hetgeen erin resulteerde dat de journalist niet tot publicatie overging. Het verpleeghuis stelde de arts vervolgens vrij van werkzaamheden en diende een verzoek bij de rechtbank in de
arbeidsovereenkomst
De overeenkomst waarbij de ene partij, de werknemer, zich verbindt in dienst van de andere partij, de werkgever, tegen loon gedurende zekere tijd arbeid te verrichten.
» Meer over arbeidsovereenkomst
arbeidsovereenkomst met de arts te ontbinden per 1 maart 2013, voor zover de arbeidsovereenkomst dan nog zou bestaan.
De arts voerde als verweer dat zowel het werving- en selectiebureau als het verpleeghuis niet hadden voldaan aan hun onderzoeksplicht omdat ze niet vroegen of hij een strafrechtelijk verleden had. De kantonrechter maakte in zijn vonnis van 18 februari 2013 korte metten met dit argument. Volgens de rechter staan de sollicitant en de werkgever tijdens de sollicitatieprocedure tot elkaar in een precontractuele fase. Een strafrechtelijk verleden wordt in beginsel beschermd door artikel 8 EVRM, maar niet te allen tijde.Volgens de kantonrechter diende de sollicitant in ieder geval in deze kwestie informatie waarvan hij behoorde te weten dat die voor de werkgever in verband met een te sluiten arbeidsovereenkomst van belang had kunnen zijn, te melden.
De kantonrechter is dan ook van oordeel dat de arts die in een verpleeghuis zou gaan werken en daar de zorg over oudere, kwetsbare mensen zou krijgen toevertrouwd, een mededelingsplicht had ten aanzien van zijn criminele verleden, maar met name ook ten aanzien van de destijds bij hem vastgestelde persoonlijkheidsstoornis en het daaraan verbonden oordeel dat hij verminderd toerekeningsvatbaar was. De kantonrechter verwijt het de arts eveneens dat hij na het telefoontje van de journalist niet alsnog direct uit zichzelf melding van het voorgaande maakte. De arbeidsovereenkomst wordt dan ook (voorwaardelijk) ontbonden met ingang van 1 maart 2013 en de kantonrechter kent geen ontslagvergoeding toe.
De arbeidsrecht advocaten van AMS Advocaten staan regelmatig zowel werkgevers als werknemers bij in ontslagzaken.