Als een huurovereenkomst door de verhuurder wordt opgezegd, kan bij de rechtbank een verzoek tot verlenging van de ontruimingstermijn worden ingediend. Het moet dan wel gaan om zogenoemde overige
bedrijfsruimte
Een gebouwde onroerende zaak bestemd voor de uitoefening van een winkelbedrijf, horeca of ambachtsbedrijf en waar een voor het publiek toegankelijke ruimte aanwezig is voor rechtstreekse levering van roerende zaken of voor dienstverlening.
» Meer over bedrijfsruimte
bedrijfsruimte, zoals kantoorruimte. In een recente zaak kreeg een huurder van zo’n overige bedrijfsruimte, in dit geval een terrein waarop een motorcrosscircuit wordt geëxploiteerd, tot tweemaal toe verlenging van de ontruimingstermijn. Advocaat huurrecht bedrijfsruimte Thomas van Vugt bespreekt de zaak.
Bij aangetekende brief heeft de verhuurder de huur opgezegd met ingang van 1 oktober 2013. De reden van opzegging was dat het terrein door de verhuurder in erfpacht was gegeven door de gemeente en de gemeente deze erfpacht slechts onder bepaalde omstandigheden wilde verlengen. De huurder wenste niet bij te dragen in de kosten voor het voldoen aan de voorwaarden van de gemeente. (Mede) om die reden heeft de verhuurder de huurovereenkomst opgezegd. De erfpacht is hierna door de gemeente toch verlengd tot 2018.
De huurder heeft hierna een verzoek ingediend bij de rechtbank tot verlenging van de ontruimingstermijn. Hij heeft zich op het standpunt gesteld dat er geen sprake is van een rechtsgeldige opzegging. Daarnaast verzoekt zij verlenging van de ontruimingstermijn. De kantonrechter heeft in deze eerdere procedure geoordeeld dat er sprake is van een huurovereenkomst overige bedrijfsruimte en dat de huurovereenkomst rechtsgeldig is opgezegd, zodat dus op 1 oktober 2013 is geëindigd. Na een belangafweging heeft de kantonrechter besloten de huurder ontruimingsbescherming te verlenen en de termijn waarbinnen ontruiming van het gehuurde moet plaatsvinden, verlengd met een jaar.
De huurrecht advocaat van de huurder vordert in deze procedure opnieuw verlenging van de ontruimingstermijn van een jaar. De advocaat voert aan dat zijn cliënte nog geen locatie heeft gevonden waar zij haar bedrijfsactiviteiten kan voortzetten. Het is bijna onmogelijk om een geschikt alternatief te vinden, aldus de advocaat. Ook ontbreekt het de huurder aan financiële middelen om te verhuizen. Ontruiming zal dan ook leiden tot beëindiging van de bedrijfsactiviteiten en daarmee zullen ook haar personeelsleden op straat komen te staan.
De advocaat huurrecht van de verhuurder stelt hier tegenover dat het circuit niet optimaal benut worden en regels niet worden nageleefd door de huurder. Verdere verlenging van de ontruimingstermijn leidt volgens de verhuurder alleen maar tot een verdere verpaupering van het terrein. Ook stelt de verhuurder dat er in deze procedure nieuwe argumenten zouden moeten worden aangevoerd ten opzichte van de eerdere verlengingsprocedure. Omdat de eerste argumenten al door de rechter zijn getoetst en deze tot het oordeel is gekomen dat een verlenging van 1 jaar voldoende zou moeten zijn. De rechter oordeelt dat er niet uit de wet volgt dat er nieuwe gronden aangevoerd moeten worden bij een tweede verlengingsverzoek. Nu niet is gebleken van een onbehoorlijk gebruik van het terrein, en de belangen van de huurder zwaarder wegen dan de belangen van de verhuurder, betekent dit dat ontruiming nog niet aan de orde is en het verzoek om verlenging wederom wordt toegewezen.
Voor een verhuurder van bedrijfsruimte kan tijdige ontruiming van het gehuurde van groot belang zijn, terwijl de huurder grote belangen kan hebben bij (tijdelijk) uitstel van de ontruiming. AMS Advocaten staat zowel huurder als verhuurders bij in geschillen aangaande huurovereenkomsten van bedrijfsruimten. Voor meer informatie en adviezen over dit onderwerp, neemt u gerust contact met onze huurrecht advocaat op.