2 min lezen

opzegging, ontzetting en schorsing

Sjoerd Yntema
Sjoerd Yntema
Neem contact op

Het lidmaatschap kan ook eindigen door opzegging of ontzetting (ook wel royement genoemd) door de vereniging.

Opzegging

De vereniging kan het lidmaatschap opzeggen in de gevallen zoals in de statuten genoemd, wanneer een lid heeft opgehouden te voldoen aan de statutaire vereisten voor het lidmaatschap, en wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren. Opzegging is als zodanig een maatregel gericht op de toekomst. Tenzij de statuten dit aan een ander orgaan opdragen, geschiedt de opzegging door het bestuur. Wij schreven eerder over de KNVB die het lidmaatschap van een aangesloten voetbalvereniging opzegde en over een voetbalvereniging die het lidmaatschap van een pupil opzegde.

Ontzetting

Ontzetting kan alleen worden uitgesproken wanneer een lid in strijd met de statuten, reglementen of besluiten der vereniging handelt, of de vereniging op onredelijke wijze benadeelt. Ontzetting heeft een punitief karakter en is gericht op het verleden. Het is een ultimum remedium, waardoor eerst het opleggen van een minder vergaande sanctie (bijvoorbeeld schorsing) aangewezen kan zijn.

Schorsing

Schorsing van een lid is een maatregel die met zich meebrengt dat het lid geen lidmaatschapsrechten kan uitoefenen. Gedurende de schorsing is het lidmaatschap (nog) niet geëindigd. Wij schreven eerder over de schorsing van een lid van de politieke partij de SP, die als vereniging is georganiseerd.

Aanvechten besluit

Een lid dat ontzet, opgezegd of geschorst is, kan het besluit aanvechten door voor de rechtbank te vorderen dat het besluit wordt vernietigd. Ook is het mogelijk om in kort geding schorsing van het besluit te vorderen, vooruitlopend op een bodemprocedure.

Volgens vaste rechtspraak is het echter niet de bedoeling dat de rechter op de stoel van het bestuur gaat zitten: de rechter moet terughoudendheid betrachten bij de beoordeling of het bestuur bij het nemen van een ontzettingsbesluit alle in aanmerking komende belangen naar redelijkheid en billijkheid heeft afgewogen en daarbij de nodige zorgvuldigheid in acht heeft genomen.

Ondanks deze strenge norm, komt het in de praktijk geregeld voor dat rechters overgaan tot de vernietiging van een ontzettingsbesluit. Het is voor het bestuur van verenigingen dan ook zaak om een dergelijk besluit doordacht en zorgvuldig te nemen.

Nieuws-
brief

Ravel Residence